|
Luctor et, ehm, luctor
'Dus ik dacht: ik loop even binnen bij Kees om te zeggen hoe erg ik het vind', zegt Bert Speelman. 'Wat een slachting.'
'Slachting?', vraagt Kees van Ast.
'Vierhonderd mensen, Kees. Vierhonderd mensen met gezinnen die nu op straat staan.'
Glimlachend kijkt Van Ast de rector aan. 'Die Bert', zegt de bestuurder. 'De man van de emotie. Maar er gaat bij DLO helemaal niemand uit.'
'Op mijn bureau ligt anders een rapport...', begint Speelman.
'Waarin staat dat er vierhonderd banen verdwijnen. Geen mensen.'
'Op de universiteit praten wij niet zo over onze werknemers, Kees.'
'Ik bedoel te zeggen: er zal enige afvloeiing plaatsvinden via natuurlijk verloop...'
'Vierhonderd mensen kwijt via 'natuurlijk verloop'? Dat lukt alleen als je iets door het drinkwater doet.'
'...maar voor de meesten zoeken we een nieuwe uitdaging.'
'Ah', zegt Speelman.
'En we gaan internationaal opereren. Dat deden we al, maar nu worden we nog internationaler. Overal in Europa kachelen onze concurrenten ons de markt af omdat zij een smak geld van hun regering krijgen en wij niet, maar daardoor zullen wij alleen maar sterker worden.'
Speelman kijkt Van Ast doordringend aan. 'Kees, zeg eens eerlijk. Gebruik je drugs?'
'Daar doet Kees van Ast niet aan', zegt Van Ast. Hij haalt een doosje en een flesje uit zijn bureaula. 'Als Ome Kees somber is, dan spoelt hij twee van deze vrolijke Prozacjongens weg met een paar slokken Natterman Extra Strong. Een espresso erbij en Ome Kees ziet het weer helemaal zitten. Wou je ook?'
'Het is eigenlijk nog wel vroeg, Kees. Maar het ziet er verschrikkelijk lekker uit.'
06.05.2004
|