|
Kop op, overhead
'Dertienhonderd banen overhead binnen Wageningen UR', zegt Aalt Dijkhuizen, terwijl hij met zijn vinger tikt op het rapport voor hem. 'Dat brengen we niet op.'
'Precies', zegt Kees van Ast, die in het gewaardeerde gezelschap van zijn roerganger geniet van een werklunch. 'Dat kan bruintje niet trekken.'
'En dus gaan we snijden', zegt Dijkhuizen.
'Hadden we al jaren eerder moeten doen', zegt Van Ast als hij zijn mes in een stukje vlees zet. 'We zijn log geworden.'
'Het moet slanker', beaamt Dijkhuizen. 'Volgens dit rapport kan een kwart van de overhead eruit.'
'Liever vandaag dan morgen', zegt Van Ast. 'Dan zeggen we: geachte heren en dames potverdeerders: we vinden het reuze jammer, maar daar is het gat van de deur.'
'Kees, dat zijn jouw woorden', zegt Dijkhuizen. 'In dit stadium neem ik termen als 'ontslag' en 'reorganisatie' liever niet in de mond.'
'Slim van je', zegt Van Ast. 'Geen slapende honden wakker maken.'
'Maar als we mensen gaan ontslaan gaan we natuurlijk eerlijk te werk, Kees. Wie toevallig dicht bij het bestuurlijke vuur zit zal niet worden gespaard', zegt Dijkhuizen, terwijl hij zich enkele centimeters naar voren buigt. 'Ook niet wie zich heel erg dicht bij het bestuurlijke vuur bevindt.'
Het geluid van een mes dat op een bord schampt weerkaatst door het restaurant. Van Ast doorkliefde een aardappeltje met meer kracht dan eigenlijk nodig was.
23.09.2004
|